Opeens
vroeg ik me af: zou ik een saaie oude man worden?
Sinds eind maart ben ik in Italië en kom de deur nauwelijks uit.
Andere mensen maken verre reizen, bezoeken van alles, zijn actief en
ik haal af en toe eens iemand van het vliegveld in 'Milano' en vind
dat al een hele onderneming, terwijl het nog geen 100 km rijden is.
Dus vroeg ik me af - anderen vroegen het zich trouwens ook af - word
ik een S.O.M. (saaie oude man)?
Het antwoord luidt: ja en nee. Ja; ik word een oude man en hopelijk
nog veel ouder. Nee; ik word geen saaie man, dat was ik al. Als ik hoor
hoelang men van tevoren al bezig is met plannen, regelen, verzekeringen
afsluiten, hotels boeken, vluchten bespreken, geld wisselen en weet
ik wat al niet meer, dan breekt het zweet me uit.
Mijn vakantie
speelt zich af in en om het huis. Nou moet ik toegeven dat ik een rijk
gezegend mens ben.
Ik woon in een land met een wat minder grillig klimaat dan het Nederlandse,
een omgeving die me, na 14 jaar, nog steeds verrast door zijn afwisseling
van kleur, licht en hoogte.
De tuin, die net als het huis, tegen een berg aan ligt, heeft zich in
al die jaren ontwikkeld tot een lustoord, met geuren en kleuren die
me de hele zomer in verrukking brengen, en de moestuin levert een royale
sortering vruchten en groenten.
Tot voor een jaar of 5,6 geleden, begaf ik me nog wel eens buiten het
hek, om te gaan zwemmen in het lido - een zwembad met strand aan het
meer - maar sinds ik in de onmetelijke luxe verkeer van een eigen zwembad,
is die noodzaak ook al niet meer aanwezig. Ik vertel dit allemaal niet
om op te scheppen. Of een beetje te lopen blitsen, maar om te illustreren
dat mijn saaiheid door dit soort heerlijkheden zeer wordt bevorderd.
Geloof me, ik ben op het truttige af als ik (misschien wel 20 kilo)
tomaten van die 8 struiken haal. Grote, volle, rooie, sappige bollen,
die daar hangen of het de gewoonste zaak van de wereld is, terwijl het
natuurlijk een godswonder is dat er uit één zo'n lullig
zaadje een struik groeit, die je voor maanden van vruchten voorziet.
Tenminste, als je een vriezer hebt.
En dan zwijg ik nog over de uien, boontjes, de courgettes, de aubergines,
de basilicum, sla, peterselie, prei, en straks, hopelijk de bloemkolen.
Maar kan ik me dan tenminste voorstellen dat sommige mensen dat allemaal
nogal saai vinden? Nee, eerlijk gezegd niet. Ik wéét wel
dat er hele stammen zijn die behoefte hebben aan avontuur en afwisseling,
maar ik heb een groot deel van het jaar voldoende afwisseling.
Ik werk nooit lang op één plek, ook al speel ik 120 keer
dezelfde voorstelling; ik vind het nog steeds een groot avontuur om
aan een nieuw lied te beginnen, muziek te bedenken die er nog niet is,
zinnen te vormen die emoties opwekken en uiteindelijk alles samen te
voegen tot een nieuwe show of een nieuwe CD.
En daar ben ik dan ook druk mee doende geweest, de afgelopen maanden.
Strevend naar het mooiste, ontroerendste, leukste dat ik ooit gemaakt
heb.
Niet dat ik dat niet bij elke productie opnieuw doe, maar het is steeds
opnieuw een ontdekkingsreis en daar kan geen enkele echte reis tegenop.
En als ik dan even genoeg heb gekregen van geschrijf en gemusiceer,
ga ik wat groente plukken en doe een plons, om op te frissen.
En natuurlijk wordt er regelmatig gegeten met een groep vrienden en
vriendinnen en natuurlijk zijn hier regelmatig logés en natuurlijk
wordt er dan wel eens een stadje of dorp in de buurt bezocht, of een
marktje of een mooie villa, maar het moet niet te gek worden.
"Ja maar, wil je dan niet af en toe een museum bezoeken, Long,
of een kerk? Doe je dan helemaal niks aan cultuur?"
Jawel hoor, ik doe heel véél aan cultuur, dat zit ik net
te vertellen! Ik maak het zelf, notabene.
En kerken heb ik genoeg gezien (Notre Dame, Sacre Coeur, Keulse Dom,
de Haarlemse Bavo, de Utrechtse Dom, de Sagrada Familia, het Vaticaan)
en ook het Rijksmuseum, het gemeente museum, 't Frans Halsmuseum, Louvre,
Centre Pompidou, 't Guggenheim in Venetië, Voerman en Anton Pieck
museum mochten zich verheugen in mijn aanwezigheid.
Maar zoals een Amerikaanse kennis ooit zei: "If you have seen one,
you've seen them all" en daar ben ik het langzamerhand hartgrondig
mee eens.
Laat mij nou maar lekker onder m'n zonnescherm zitten, met een potje
koffie en een boek, laat me maar af en toe een blik op het meer werpen
en de bergen aan de overkant. Dan heb je geen kind aan me.
Ik ben werkelijk intens gelukkig als ik een paar joekels van tomaten
heb geplukt, en daar een heerlijke saus van maak voor de spaghetti.
Geen enkel schilderij ontroert me zo als de maan die opkomt, boven de
bergen, en het meer omtovert in één grote vlek gekreukeld
aluminiumfolie.
Voor de echte actievelingen moet dit een kleine nachtmerrie zijn. Voor
hen die willen klimmen en wildwateren, hang-gliden en trektochten zal
ik wel een hopeloos geval zijn.
Maar misschien zijn er toch ook nog wel een paar andere saaie pieten,
die net als ik, begrijpen dat het bestaan hier doorlopend grote opwinding
teweegbrengt.
Als je de enorme arenden boven het water ziet zweven, op zoek naar argeloze
vissen.
Als de vleermuizen rond het huis scheren, wanneer de schemer invalt.
Wanneer je opeens overal vuurvliegjes en glimwormen ziet gloeien, op
warme zomeravonden.
Het getjirp van krekels om je heen.
De sterrenregen, halverwege augustus.
De dubbele regenboog die ik twee jaar geleden voor het eerst in m'n
leven zag.
Die spectaculaire onweersbuien die tussen de bergen kunnen losbarsten,
met een gedonder dat aan alle kanten weerkaatst.
De sneeuw op de bergen als het gaat winteren.
Al die
Nou ja, laat ik maar ophouden met dat saaie gelul want straks moet ik
de vakantievideo's weer gaan bekijken, van alle vrienden en bekenden
die op safari zijn geweest, en op Cuba en in Latijns-Amerika en in de
Noorse Fjorden.
Ik hoop dat iedereen een fijne vakantie heeft gehad.
Een groet van
Robert Long.
©
volgende column
|